Tao Te Tjing / Дао Дэ Цзин — на нидерландском и русском языках

Нидерландско-русская книга-билингва

Lao-Tse

Tao Te Tjing

Лао-Цзы

Дао Дэ Цзин

Nederlandse bewerking door John Willemsens

1

Один

Het Tao dat genoemd wordt, is niet het eeuwige Tao,
want de namen die wij noemen, zijn geen eeuwige namen.
Hemel en Aarde zijn naamloos geboren;
noemen is enkel de moeder der dingen.
Wie geen verlangens koestert, aanschouwt hun mysterie;
wie wel verlangens koestert, aanschouwt hun gedaante.
De twee zijn in wezen hetzelfde;
pas dan krijgen ze elk een eigen naam.
We zouden beide een mysterie kunnen noemen
en nog geheimzinniger is de poort aller mysteriën.

Сказал Дао — не сказал ничего.
Промолчал о Дао — выразил пустоту.
Назвал имя — обрёк имя на смерть.
Безымянное есть начало неба и земли.
Имя расторгает чашу Единого
На тьму скучных вещей.
Страсть видит причудливый хаос осколков.
Бесстрастный в каждом видит тайну начала.
Две разные реки из одного источника.
Слитые вместе становятся глубочайшей.
Путь от одной к другой — путь к истоку.

2

Два

Het is omdat iedereen schoonheid als schoon beschouwt,
dat het lelijke bestaat;
het is omdat iedereen goedheid als goed beleeft,
dat het kwade bestaat.
Zijn en niet-zijn veroorzaken elkaar;
moeilijk en eenvoudig vergelijken zich met elkaar;
lang en kort meten zich aan elkaar;
hoog en laag onderscheiden zich van elkaar;
klank en stem vormen zich uit elkaar;
voor en na rangschikken zich naar elkaar.
Daarom handelt de wijze door niet-handelen
en verkondigt hij zonder woorden.
De tienduizend dingen ontstaan
en hij wijst geen enkele af.
Hij verbouwt ze, maar neemt er geen in bezit;
hij kweekt ze, maar laat ze vrij groeien.
Hij volbrengt zijn taak, maar eist geen genoegdoening,
en omdat hij geen genoegdoening eist,
verliest hij niet wat hem toekomt.

Познаешь прекрасное — посеешь безобразное.
Постигнешь добро — породишь зло.
Иметь против не иметь.
Быть, чтобы скоро перестать.
Труд порождает лень.
Короткое станет длинным, когда найдётся короче.
Низкое — только не слишком высокое.
Звук и голос диктуют
уху послушание.
Начало — предвестник конца.
Конец — только сон начала.
Вот почему совершаешь бездействие и учишь без слов.
Художник равнодушен к творению.
Завершив труд, не видит заслуги.
Значит, заслугу бессмысленно отрицать.
Вот почему его творение бессмертно.

3

Три

Begunstig niet de verdienstelijken,
opdat de mensen niet gaan wedijveren.
Hecht geen waarde aan schaarse goederen,
opdat de mensen niet gaan stelen.
Toon geen begeerlijke dingen,
opdat hun harten niet onrustig worden.
De wijze bestuurt door de harten te ledigen
en de magen te vullen,
door de driften te verzwakken
en de botten te versterken.
Hij zorgt er aldus voor,
dat de mensen zonder listen of begeerte zijn,
en de sluwen zich niet wagen.
Door te handelen door niet-handelen,
heerst er vanzelf orde.

Уйдут кумиры — народ забудет ссоры.
Пропадут деньги — вор утратит искусство.
И кумир не воскреснет, потому что цена умерла.
Тогда погаснет зависть — ремесло души.
По этой причине заботливый государь
наполняет желудки, опустошает сердца,
гасит трепет желаний, укрепляет плоть.
Потому говорю:
наука — дитя страсти и перемен
и не имеет потомства.
Странствие не знает науки.
Странник не знает открытий,
спокоен и светел.

4

Четыре

Tao is gelijk een ledig vat waaruit je onuitputtelijk schenken kunt,
Bodemloos, is het alsof het de voorouder aller dingen ware:
het verstompt zijn scherpte en ontwart de strikken,
het dooft zijn licht en wordt één
met het stof van de wereld!
Diep en vredig, schijnbaar eeuwig,
ik weet niet wiens telg het is;
misschien bestond het reeds eer de Hemelgod.

Дао пусто, как чаша.
Пока чаша пуста — глубина её бесполезна.
Наполни — польза её исчерпана.
О загадка, родившая тысячу тысяч!
Притупи остриё,
разруби узел,
умерь блеск,
смешай с прахом —
тайна глубины померкнет в пустоте.
Не знаю, откуда происходит,
но знаю — предшествует богам.

5

Пять

Hemel en Aarde zijn niet humaan;
zij beschouwen de tienduizend dingen
als offerhonden van stro.
En de wijze is niet humaan;
hij beschouwt alle mensen als offerhonden van stro.
Hemel en Aarde zijn als een blaasbalg,
hoewel ledig, nimmer uitgeput;
wanneer hij gebruikt wordt, geeft hij opnieuw meer.
De kracht van woorden vergaat;
daarom is het beter om steeds opnieuw
tot het centrum te keren.

Земля и небо совершенны,
оттого безразличны к человеку.
Мудрый равнодушен к людям — живите, как хочется.
Меж небом и землёй —
пустота кузнечного меха:
чем шире размах,
тем долговечнее дыхание,
тем больше родится пустоты.
Сомкни уста —
познаешь меру.

6

Шесть

Onsterfelijk is de geest van het dal;
men noemt haar de wonderlijke vrouw;
haar poort, het beginsel van Hemel en Aarde,
geeft voortdurend, misschien sinds eeuwig;
put eruit en ze blijkt onuitputtelijk.

Приметы невидимого неисчислимы,
рождение его беспричинно.
Не имеет причины — не обладает именем.
Называю глубочайшим
корнем неба и земли.
Подобно прозрачной вуали:
поверхность её бездонна,
глубина её имеет облик.
И так без конца.

7

Семь

De Hemel is blijvend en de Aarde duurzaam;
ze zijn blijvend en duurzaam,
omdat ze niet voor zich bestaan.
Daarom kunnen ze voor lange tijd bestaan.
Zo ook plaatst de wijze zich achter,
maar blijft toch op de voorgrond;
hij verwijdert zich, maar blijft toch aanwezig.
Is het niet omdat hij geen eigenbelang koestert,
dat aan zijn belangen wordt voldaan?

Земля и небо бессмертны:
ничего не ищут для себя.
Поэтому нет приближения к концу.
Мудрый держится в тени,
оттого светел.
Для себя жаждет одного:
не иметь желаний.
Такая жажда утоляется вечностью.

8

Восемь

De verheven mens is gelijk water.
Water is goed:
het begunstigt de tienduizend dingen
en wedijvert niet met ze;
het verblijft op lage plekken, die de mensen verfoeien.
Daarom lijkt het zoveel op Tao.
In zijn wonen, houdt hij van de aarde;
in zijn hart, houdt hij van de ernst,
in zijn verbonden, van menselijkheid,
in zijn woorden, van trouw.
In zijn regeren, houdt hij van orde,
in zijn zaken, van bekwaamheid,
in al zijn handelen, van tijdigheid.
Omdat hij niet wedijvert, is er niets op hem aan te merken.

Дао подобно воде.
Вода бесстрастна —
потому не встречает препятствий.
Бесцельна —
Потому всякому приносит пользу.
Зверь ждёт в кустах добычу.
Цветок тянется навстречу солнцу.
Камень скрыт в земле.
Человек в чаще ищет тропу.
А вода холодна, спокойна и прозрачна.

9

Девять

Een kom tot de rand gevuld, kun je niet dragen;
het is beter om op tijd te stoppen.
Blijf een zwaard wetten en het zal zijn scherpte weer verliezen.
Wanneer goud en jade je hal vullen, kun je ze niet langer bewaken.
Eer en rijkdom brengen de trots, die je doet struikelen.
Te stoppen wanneer het werk gedaan is, is de Weg van de Hemel.

Оставь пустое пустым.
Острое — притупится быстрее.
Наполни чертог золотом и яшмой —
ты подписал приговор сторожам.
Выгляни за порог —
рассказать о своём богатстве и знатности —
увидишь женщину, имя которой — Беда.
Завершив дело, уходи не мешкая.
Вот тебе путь.

10

Десять

Kun je jezelf bewaren en het Ene omhelzen,
zonder één te verlaten?
Kun je je krachten verzamelen
en je kinderzwakte behouden?
Kun je je inzichten verfijnen
en de waarheid blijven spiegelen?
Kun je van de mensen houden
en de staat zonder sluwheid regeren?
Kun je de poorten van de Hemel
gelijk een vrouw openen en sluiten?
Kun je zonder bemoeienis begrijpen,
zonder bemoeienis doorgronden?
Te verbouwen en te kweken,
te verbouwen, maar niet in bezit te nemen,
te kweken, maar vrij te laten groeien,
te leiden, maar niet te heersen,
dit is de wonderlijke deugd.

Сумел слить душу и тело —
сумеешь ли удержать?
Смягчил дух, смирил страсти —
стал ли снова младенцем?
Когда душа чиста —
куда скрываются заблуждения?
Избавился от знаний —
как управлять людьми и любить?
Осенью внушил добро семенам —
взойдут ли весною прежние цветы?
Постигнешь ответы и суть перемен —
под грузом истин сумеешь ли творить недеяние?
Создавая — не присваивать.
Вершить, сохраняя покой.
Управлять неподвластным?
Я называю такое великим Дэ.

11

Одиннадцать

Dertig spaken rond een naaf geplaatst, maken het wiel,
doch de leegte van de naaf bepaalt zijn bruikbaarheid.
Klei wordt gekneed om een kom te vormen,
doch de leegte van de kom bepaalt haar bruikbaarheid.
Deuren en ramen worden in een kamer gesneden
en het is hun leegte, die hun bruikbaarheid bepaalt.
Haal daarom voordeel uit wat is,
maar zie het nut van wat niet is.

Тридцать спиц сверкают в колесе,
скрепляют пустоту внутри.
Пустота придаёт колесу толк.
Лепишь кувшин,
заключаешь пустоту в глину,
и польза кувшина заключена в пустоте.
Пробивают двери и окна — дому служит их пустота.
Пустота — мерило полезного.

12

Двенадцать

De vijf kleuren maken de ogen blind;
de vijf tonen maken de oren doof;
de vijf smaken bederven de tong.
Wedrennen en jagen maken de mensen gek.
Schaarse goederen belemmeren hun gang.
Daarom besteedt de wijze aandacht aan de buik
en niet aan de ogen.
Daarom doet hij het ene niet en wel het andere.

Пять цветов сбивают зрение с толку.
Пять звуков набиваются в уши, подобно воску.
Пять ароматов убивают вкус.
Охота распаляет азарт.
Блеск драгоценностей манит сойти с пути.
Мудрый полной чаше
предпочитает полную жизнь.
Избегает первого, приветствует последнее.

13

Тринадцать

Wees op je hoede wanneer je gunst
of beschaming ondergaat;
beschouw eer en tegenspoed met
dezelfde ernst als je lichaam.
Waarom op je hoede zijn,
wanneer je gunst of beschaming ondergaat?
Gunst kan de mindere van beide zijn.
Wees daarom op je hoede wanneer je ze ontvangt
en wanneer je ze verliest.
Dit wordt bedoeld met op je hoede te zijn,
wanneer je gunst of beschaming ondergaat.
Wat wordt bedoeld met eer en tegenspoed
met dezelfde ernst als je lichaam beschouwen?
De reden waarom ik tegenspoed onderga,
is dat ik een lichaam heb;
zou ik geen lichaam hebben,
welke tegenspoed zou ik kunnen ondergaan?
Daarom kunnen wij aan degene,
die de wereld gelijk zijn lichaam acht,
de leiding van de staat toevertrouwen,
aan degene, die van de wereld
zoals van zijn lichaam houdt,
de zorg voor de staat toevertrouwen.

Слава равна позору.
Гордость сродни горю.
Почему слава равна позору?
Стремишься — из страха умереть безвестным.
Обретя — трепещешь потерять.
Оба вспоены из ключа страха.
Так слава равна позору.
Почему гордость сродни горю?
Гордый привязан к себе:
воин в путах легко уязвим.
Безразличного несчастье не тронет,
стало быть не случится.
Служи людям беззаботно — станешь свободен.

14

Четырнадцать

Omdat we ernaar kijken en niet zien,
wordt het onzichtbaar genoemd;
omdat we ernaar luisteren en niet horen,
wordt het onhoorbaar genoemd;
omdat we ernaar reiken en niet treffen,
wordt het ontastbaar genoemd;
omdat we de drie niet verder kunnen onderzoeken,
worden ze als één gezien.
Omhoog geen schittering, geen duister bij de val,
eeuwig en oneindig, onnoembaar,
gaat het terug naar waar niets is.
Men noemt het vorm zonder vorm, beeld zonder iets.
Men noemt het onbepaald en ongrijpbaar;
ga het tegemoet en je ziet geen voor,
volg het en je ziet geen achter.
Hou daarom vast aan het Tao van eer
om het heden te bedwingen;
te weten hoe het sinds den beginne was,
noemt men de leidraad van Tao.

Смотреть на него пристально — чтобы разучиться видеть.
Слушать чутко — чтобы разучиться слышать.
Схватить — чтобы ощутить пустоту.
Не нужно стремиться к истоку,
ибо источник и плод его — едины.
Вершина его не знает света,
подножье его не тонет во тьме.
Бесконечное стремится быть названым.
Не сумев — возвращается в ничто,
форму без образа,
сущность без тени смысла.
Встретишь его — узнаешь,
что не имеет лица.
Пойдёшь вослед — придёшь, откуда вышел.
Следуй древнему Дао —
овладеешь кругом вещей.
Познаешь глубокое начало.
Древнее начало, замысел Дао.

15

Пятнадцать

De meesters van weleer waren heel mysterieus en doordringend,
hun inzichten te diep om te begrijpen.
En omdat ze niet te begrijpen zijn, is dit wat men hen noemde:
Omzichtig, zoals je een bevroren beek in de winter oversteekt,
schuchter, alsof er gevaar van alle kanten dreigde;
ingetogen, als een gast,
gewoon, als ongesneden hout;
meegaand, als smeltend ijs,
ontvankelijk, als een dal,
troebel, als een modderpoel.
Maar wie kan als het troebele water door zich stil te houden
uit zichzelf geleidelijk weer helder worden?
Wie kan vanuit de stilte uit zichzelf
geleidelijk weer tot leven komen?
Hij die deze Tao bezit, wil zich niet tot overlopen vullen;
omdat hij niet vervloeien zal, wordt hij nimmer minder,
behoeft hij nimmer vernieuwing!

Искусство жизни древних учителей
нельзя описать, передать или выучить.
Ведь нельзя передать, описать или выучить глубину.
Можно намекнуть:
Робкие, будто искали брод в зимней реке.
Начеку, словно опасались соседей.
Учтивые, как почётные гости.
Осторожные путники на весеннем льду.
Простые, подобно куску древесины.
Непостижимые, точно пустота.
Тусклые, как струи паводка.
Они соблюдали спокойствие.
Спокойствием проясняли влажное зеркало перемен.
Следуя Дао, не имели желаний. Учили блаженству бездействия.

16

Шестнадцать

Voorwaar, bereik de uiterste leegte en behoud standvaste stilte.
De tienduizend dingen komen tot leven en dan zie je ze weer terugkeren;
alle dingen komen tot bloei en dan keert elk naar zijn wortels.
Deze terugkeer betekent rust, terugkeer naar zijn lot.
Men noemt de terugkeer het eeuwige en het eeuwige kennen verlichting,
het eeuwige niet kennen blindheid, dat tot rampspoed leidt.
Wie het eeuwige kent, is alomvattend,
alomvattend, daarom zonder voorkeur,
zonder voorkeur, daarom verheven,
verheven, daarom één met het grote.
Omdat hij één met het grote is, is hij volgens Tao,
en omdat hij volgens Tao is, is hij eeuwig;
het vergaan van zijn lichaam houdt geen gevaar in.

Освободить сердце от хлама полезных вещей.
Созерцать равнодушно круг перемен.
Тысяча тысяч, изменяясь стремится к началу.
Возвращение к началу называю покоем.
Покой называю возвращением к сути.
Возвращение к сути есть постоянство.
Постоянство есть возвращение к ясности.
Избегаешь постоянства — следуешь хаосу.
Хаос приводит к злу.
Познал постоянство — стал совершенным.
Совершенный неизменно справедлив.
Справедливый становится господином перемен.
Поднявшийся до постоянства следует небу.
Кто следует небу, следует Дао.
Кто следует Дао, выпал из круга вещей.
Смена жизни и смерти — не для него.

17

Семнадцать

Van de beste heerser weet je enkel dat hij bestaat;
de op een na de beste wordt geliefd en geëerd;
de volgende wordt gevreesd;
de daaropvolgende wordt veracht.
Het is wanneer je geen vertrouwen in anderen hebt,
dat de anderen geen vertrouwen hebben.
De beste heerser is heel zuinig met zijn woorden;
hij vervult zijn taak, voltooit zijn werk,
en het volk zegt, dat het vanzelf gebeurde.

О высочайшем следует знать одно:
существует.
Высокое — любить и превозносить.
Среднего — народ боится.
Низкое — презирает.
Кто не верит — не достоин доверия.
Кто совершает без слов — подобен природе.
Так говорят люди.

18

Восемнадцать

Het was toen het grote Tao in verval raakte,
dat menselijkheid en rechtschapenheid ontstonden;
het was toen geleerdheid en kennis ontstonden,
dat grote hypocrisie ontstond;
het is wanneer de zes familieverbanden in onvrede raken,
dat kinderplicht en ouderliefde worden geprezen;
het is wanneer de staat in wanorde raakt,
dat trouwe dienaars worden geëerd.

Когда исчезло Дао,
пришли совесть и доброта.
От жажды знаний
родилось лицемерие.
Когда шесть родственников в раздоре —
сыновей предпочитают чужим
и соблюдают почтение к отцам.
Когда в государстве смута,
являются стражи порядка.
Их доблесть — слепая верность,
доблесть рабов.

19

Девятнадцать

Leg af de geleerdheid en verwerp de kennis
en de mensen worden er honderdmaal beter van;
leg af de menselijkheid en verwerp de rechtschapenheid
en de mensen zullen kinderplicht en ouderliefde hervinden;
leg af het vernuft en verwerp het voordeel
en de mensen zullen niet langer roven.
Deze drie zijn dus uiterlijkheden, die niet voldoen.
Meer houvast bieden het gewone te tonen en de eenvoud te betrachten,
en aldus de hebzucht te verkleinen en de begeerten te verminderen.

Освободись от знаний —
ощутишь дыхание мира.
Забудь о совести, любви к людям —
познаешь радость отца
и почтительность сына.
Искорени хитрость, страсть к наживе —
умрёт в мошеннике вор,
и разбойник — в грабителе.
Знания, совесть, хитрость —
только разные формы лености духа,
привычки.
Скромность и простодушие
погасят страсти, дадут простор
простоте.

20

Двадцать

Voorwaar, leg af geleerdheid en er zal geen verdriet volgen!
Dat ja zeker van jawel verschilt;
dat dit goed en dat verkeerd is;
dat je moet vrezen wat de mensen vrezen...
helaas is van deze dwalingen het einde nog niet in zicht,
en de mensen zijn vrolijk als bij een offerfeest,
als bij het beklimmen van de kijktoren in de lente.
Ik alleen sta teruggetrokken zonder teken van verlangens,
als een kind dat nog niet gewezen heeft,
lusteloos, alsof ik geen tehuis had.
De mensen bezitten van alles voldoende
en het is alsof ik alles verloren had.
De mijne is waarlijk de geest van een onontwikkeld mens,
zonder enige kijk en traag.
De gewone mensen schitteren waarlijk;
ik alleen blijf in het donker.
De gewone mensen kunnen onderscheiden en zijn zelfverzekerd;
ik alleen heb geen voorkeur.
Het is alsof ik als de drijvende zee ware,
of de wind, schijnbaar doelloos;
de mensen allen hebben een doel.
Ik alleen schijn hardleers en onbeholpen;
ik alleen ben anders dan anderen
en waardeer het voedsel van de Moeder.

Оставь мудрость — тебя оставит печаль.
Обещая другому — льстишь себе.
Посвящённый — не страшится разницы между добром и злом.
Смотрю вокруг:
люди довольны зрелищем,
гуляют по парку.
Я один плыву, как дым, не ведая куда,
словно неродившийся младенец.
Один, кому не нужно места!
Люди мечтают наполнить дом вещами,
душу — впечатлениями.
Я грежу о пустоте.
Я — сердце глупца.
Ах, как оно пусто!
Люди стремятся к свету и блеску,
я — тускл, не отбрасываю тени.
Люди пытливы, дерзки, я — равнодушен.
Я скучен и скудоумен.
О, я подобен волнам, дуновению ветра!
Простор — моя пища.
Путь без цели и без причины.

21

Двадцать один

De alomvattendheid van de grote deugd komt enkel van Tao,
en wat wij Tao noemen is ongrijpbaar en onbepaald.
In het is onbepaald en ongrijpbaar het beginsel;
in het zijn ongrijpbaar en onbepaald de dingen.
In het is ondoorgrondelijk de kracht;
de kracht is heel echt; die kun je zien.
Tot ver terug in de tijd is haar werking onveranderd;
zo kan ik tot het begin aller dingen doordringen.

Закон жизни, великий Дэ —
так под небом проявляется Дао.
Дао туманно, неуловимо —
следуй, увидишь образ.
Дао туманно, неуловимо —
следуй, увидишь форму.
Дао глубоко и темно —
следуй, постигнешь суть.
Высокую суть, достоверную, как дыхание.
С древних времён доныне
имя его на устах.
Исчерпав его — увидишь начало.
Как познать начало?
Следуй.

22

Двадцать два

Hoe kan ik weten dat het begin aller dingen zo was?
Aldus:
wat toegeeft, behoudt zich heel;
wat buigt, wordt weer recht;
wat leeg is, vult zich weer;
wat verbruikt is, wordt weer nieuw.
Wat te weinig heeft, zal verwerven,
wat teveel heeft, verdolen.
Daarom omhelst de wijze het Ene en gedraagt zich als de Wereld.
Hij treedt niet op de voorgrond en daarom verkrijgt hij licht.
Hij rechtvaardigt zich niet en daarom verkrijgt hij aanzien.
Hij beroemt zich nergens op en daarom verkrijgt hij vertrouwen.
Hij overdrijft niet en daarom verkrijgt hij duurzaamheid.
Omdat hij niet wedijvert, zal niemand het tegen hem opnemen.
Is de oude zegswijze „toe te geven, is zich heel behouden“ loos gepraat?
Voorwaar, hij zal behouden blijven en wat hem toekomt,
zal naar hem toekomen.

Древние говорили:
уступи — победишь.
Сделай крюк — придёшь первым.
Простодушие — спутник мудрости.
Ветхое — признак нового.
Малое — путь к великому,
а великое — путь к заблуждению.
Кто понимает — внемлет.
Не кичится зоркостью —
оттого видит ясно.
Не уверен в знаниях,
потому способен учиться.
Не гордится —
многие гордятся близостью к нему.
Не стремится вперёд —
поэтому во главе.
Не сражается —
значит, непобедим.
Древние говорили:
уступи — победишь.
Так говорили древние.

23

Двадцать три

De Natuur heeft weinig woorden nodig;
een wervelwind duurt niet de hele morgen,
stortregen niet de hele dag.
Wat veroorzaakt ze, dan de Natuur zelve?
Als Hemel en Aarde ze niet langer kunnen laten duren,
nog minder kan dit de mens.
Wie Tao volgt, is daarom één met Tao;
wie zijn deugd volgt, is één met zijn deugd;
wie Tao verlaat, is één met het verlaten van Tao.
Wie één met Tao is,
wordt graag door Tao onthaald;
wie één met zijn deugd is,
wordt graag door zijn deugd onthaald.
Wie één met het verlaten van Tao is,
wordt graag door Tao verlaten;
het is wanneer je geen vertrouwen in anderen hebt,
dat de anderen geen vertrouwen hebben.

Природа немногословна.
Ветреному утру придёт на смену тихий полдень.
Дождь не станет лить как из ведра день и ночь напролёт.
Так устроены земля и небо.
Даже земля и небо
не могут создать долговечное,
тем более человек.
Человеку остаётся следовать Дао.
Кто следует Дао, равен Дао.
Кто подчиняется Дэ, равен великому Дэ.
Кто теряет — сравним с потерей.
Кто равен Дао — обретает Дао.
Кто равен Дэ — обретает Дэ.
Кто сравним с потерей — обретает потерю.
Сомнение — путь к заблуждению.

24

Двадцать четыре

Wie op zijn tenen staat, valt om;
wie wijdbeens loopt, komt niet ver.
Wie zich voordringt, wordt niet belicht;
wie zich rechtvaardigt, verliest zijn aanzien;
wie zich beroemt, wordt niet geloofd;
wie overdrijft, volbrengt niet.
Gezien vanuit Tao, is dit alles als vuilnis,
als de zwerende wonden die alle wezens verafschuwen;
wie Tao bezit, keert zich er van af.

Кто стал на цыпочки — не устоит.
Кто широко шагает — не удержит шаг.
Кто стремится на гребень — не будет вознесён,
но безвольная щепка — взмоет.
Стараясь натереться до блеска — сотрёшься в порошок.
Нападающий окажется в хвосте.
Кто следует Дао, знает:
всё это бесполезный груз, тяжёлая пища,
они не приносят счастья.
Кто следует Дао — избежит.

25

Двадцать пять

Nog voor Hemel en Aarde er waren,
was er iets vermengd en onverdeeld,
geluidloos en vormloos, onafhankelijk en onveranderlijk,
dat overal komt en geen gevaar loopt;
het wordt als de moeder aller dingen gezien.
Ik weet zijn naam niet; ik noem het Tao.
Moet ik het beschrijven, noem ik het Groot;
groot betekent alomtegenwoordig,
alomtegenwoordig betekent verreikend,
verreikend betekent dat het terugkeert.
Daarom is Tao groot.
En de Hemel is groot,
en de Aarde is groot,
en de edele mens is groot.
Er zijn vier grote dingen in het bestaan
en de edele mens is daar één van.
Want de edele richt zich naar de Aarde,
de Aarde richt zich naar de Hemel,
de Hemel richt zich naar Tao,
en Tao richt zich naar zichzelf.

В глубинах хаоса кроется чудесное.
Приподними завесу тайны —
ты, возникшее прежде неба и земли.
Ты, безмолвное, текучее,
неистребимое в одиночестве.
Живёшь повсюду без закона.
Может быть ты и есть мать неба и земли?
Не знаю имени.
Но напишу на шёлке: Дао.
Своевольно назову — великое.
Великое — движется без конца.
Бесконечное — не достигнет предела.
Беспредельное — вернётся к истоку.
Вот доказательство.
Великое Дао.
Великое небо.
Великая земля.
Великий государь.
В мире четыре величины,
среди них — государь.
Человек следует законам земли.
Земля — небу.
Небо подчиняется Дао.
Дао следует Дао.

26

Двадцать шесть

Het zware is de wortel van het lichte,
de bestendigheid de heer van de voortgang.
Daarom maakt de edele verre reizen
zonder zich van zijn bepakking te ontdoen,
en blijft hij rustig en onbewogen
bij het aanschouwen van prachtige uitzichten.
Hoe zou de heer van tienduizend voertuigen
zich luchthartig in zijn rijk kunnen gedragen?
Als hij luchthartig zou zijn, dan zou hij zijn dienaren verliezen;
als hij zich zou haasten, dan zou zijn meesterschap verloren gaan.

Бережное лежит в основании небрежного:
в тяжёлой ступе воде легко.
Колесо вертится, пока ступица в покое:
Суть лежит в основании суеты.
Возница шагает за возом день напролёт, любуясь видами,
не упускает из виду поклажи.
Легко на душе,
но не придаёт значения.
Отчего же повелитель тысячи колесниц
пренебрежительно смотрит на мир?
Его небрежность сведёт на нет, что берёг.
Суета растеребит покой — суть и основу мира.

27

Двадцать семь

Een goed reiziger laat geen sporen na;
een goed redenaar spreekt smetteloos;
een goed rekenaar gebruikt geen telraam.
Een goed gesloten deur behoeft geen grendel,
want niemand zal hem openen.
Een goed gelegde knoop behoeft geen koord,
want niemand zal hem losmaken.
Zo ook is de edele een goed redder van mensen,
want hij laat geen enkel mens achter.
Hij is een goed redder van alle wezens,
want hij wijst geen enkel wezen af.
Dit noemt men het licht te verdubbelen.
De goede is de leraar van zijn minderen
en de minderen zijn de leerstof van de goede.
Wie geen achting voor de leraar heeft,
of geen waarde aan de leerstof hecht,
is ver verdwaald ondanks zijn geleerdheid.
Dit is het meest wezenlijke geheim.

Странник не оставляет следов.
Оратор не допустит оговорки.
Счетовод не интересуется, где купить счёты.
Сказано: дверь — не беспокойся о запоре.
Хочешь накрепко привязать — не заботься о верёвке.
Учитель спасает людей,
потому что не оставляет вниманием никого.
Спасает живое,
потому что не пропускает ничего.
Смотрит в глубину.
Добрый заботится о злых,
злые — забота доброго и опора.
Если злые не ценят учителя, а учитель презирает их —
слепы и тот и другие.
Вдумайся в эту простую мысль.

28

Двадцать восемь

Wie de man kent en de vrouw behoudt,
wordt het ravijn van de wereld;
wanneer hij het ravijn van de wereld is,
zal hij de eeuwige deugd vinden
en terugkeren naar zijn kinderlijkheid.
Wie het witte kent en het zwarte behoudt,
wordt een voorbeeld voor de wereld;
wanneer hij een voorbeeld voor de wereld is,
zal hij niet van de eeuwige deugd afdwalen
en terugkeren tot het beginsel.
Wie de roem kent en zijn nederigheid behoudt,
wordt het diepe dal van de wereld;
wanneer hij het diepe dal van de wereld is,
zal hij meesterschap in de eeuwige deugd verkrijgen
en worden als ongesneden hout.
Ongesneden hout wordt tot gerei en voertuigen gesneden;
wanneer de wijze die gebruikt,
wordt hij de hoogste onder de edelen,
want diegene die het minst snijdt,
is de grootste heerser.

Стань бесстрашным и скромным,
как горный ручей, —
превратишься в полноводный поток,
главный поток Поднебесной.
Так гласит великий Дэ,
закон рождения.
Познай праздник, но живи буднями —
станешь примером для Поднебесной.
Так гласит великий Дэ,
закон жизни.
Познай славу, но полюби забвение.
Великая река не помнит о себе,
потому слава её не убывает.
Так гласит великий Дэ,
закон полноты.
Великое есть совершенное.
Совершенное есть проявление Дэ.
Дэ проявляется в безыскусном.
Мудрый подобен простой и великой реке,
главному руслу Поднебесной.
Вот размышления о законе Дэ.

29

Двадцать девять

Wanneer men het rijk wil bemachtigen
en naar de hand wil zetten,
zal het niet gelukken.
Het rijk is een geestelijk iets,
dat je niet naar de hand kunt zetten.
Wie er aankomt, schaadt het;
wie het vasthoudt, verliest het.
Van alle wezens op aarde gaan sommige voor,
andere achter;
sommige hebben een hete adem, andere koud;
sommige zijn sterk, andere zwak;
sommige breken, andere vallen.
Daarom ontdoet de wijze zich van uitersten,
van het buitensporige en het overdrevene.

Свободного можно покорить,
нельзя исправить.
Ведь невозможно улучшить море или ветер.
Свобода подобна тайному обряду.
Захочешь улучшить — оскудеет.
Задумаешь подчинить — исчезнет.
Поэтому говорю:
Одни идут — другие следуют.
Одни цветут — другие выцветают.
Одни крепнут — другие тучнеют.
Одни созидают — другие строят.
Мудрый избегает тех и других.
Не ищет чести,
не ищет утешения.
Его девиз — постоянство.

30

Тридцать

Wie de heerser met Tao helpt,
zal de wereld niet met geweld trachten te overheersen;
het gebruik van geweld brengt altijd terugslag;
waar legers zetelen, groeien doornen en distels;
grote oorlogen worden gevolgd door hongersnood.
Een goed aanvoerder bereikt zijn doel en stopt,
en tracht de wereld niet te overheersen.
Hij bereikt zijn doel, maar gaat er niet prat op;
hij bereikt zijn doel, maar beroemt zich er niet op;
hij bereikt zijn doel, maar is er niet trots op;
hij bereikt zijn doel, omdat er geen andere weg was.
Hij bereikt zijn doel, maar tracht niet te overheersen,
want dingen die hun hoogtepunt bereiken,
luiden hun eigen verval in;
zulks is tegen Tao en wat tegen Tao is,
sterft uit.

Кто следует Дао —
принуждён советовать царям.
Он говорит:
Войско сильно, пока движется.
Насилие не обернётся миром,
пока не встретит насилия.
Где прошли войска —
вырастут тернии.
Большая война кончится великим голодом.
Искусный побеждает — и останавливается.
Побеждает — и не кичится.
Побеждает — и спокоен.
Он побеждает оттого, что не может проиграть.
Искусный не нападает, а побеждает.
Чем больше усилий,
тем меньше остаётся,
тем дальше от Дао.
Далёкий от Дао —
далёк от начала
и близок к концу.

31

Тридцать один

Ook de fijnste wapens zijn het werktuig van het kwade
en worden door alle wezens gehaat;
wie Tao bezit, keert zich van ze af.
Een goed heerser eert de linkerzijde,
enkel in oorlogstijd de rechter,
want wapens zijn het werktuig van het kwade,
niet het werktuig van een goed heerser.
Wanneer hij aan het gebruik ervan niet ontkomen kan,
zal hij terughoudendheid betrachten;
wanneer hij een overwinning behaalt,
beschouwt hij het niet als lofwaardig.
Want de overwinning prijzen,
is zich in de slachting van mensen verheugen,
en wie zich in de slachting van mensen verheugt,
zal niet slagen in het rijk.
In gunstige zaken wordt de linkerzijde,
in ongunstige zaken de rechter geëerd.
Daarom staat de mindere aan de linkerzijde
en de aanvoerder aan de rechter,
zoals bij begrafenissen.
Bij de slachting van mensen,
mogen wij wenen van verdriet;
bij het behalen van een overwinning,
mogen wij rouwdiensten houden.

Хорошее войско — плохое войско,
потому что его ненавидят.
Правитель нуждается в войске
и нуждается в Дао,
а Дао исчезает в войне.
Выбор приходит, когда выбора нет,
кроме приказа войскам.
Однако останься спокоен.
Победа — не повод к торжеству.
Торжествуя победу — торжествуешь убийство.
Торжествуя убийство — торжествуешь смерть.
Торжествующий смерть — мёртв.
Слева построились полководцы,
справа — главнокомандующий.
Так строятся для триумфа.
Так строятся для погребения.
Когда убиты тысячи — следует горько плакать.
Победа означает погребальный обряд.

32

Тридцать два

Tao is eeuwig en heeft geen naam;
zijn eenvoud lijkt onbeduidend, maar niemand daagt het uit.
Als koningen en prinsen zich aan Tao hielden,
zouden alle dingen zich onderwerpen;
Hemel en Aarde gaan samen om zoete dauw te maken
en zonder mensenhand vallen de dauwdruppels over alles.
Zodra er regels en structuren waren, waren er namen;
zodra er namen zijn, weet dat je moet stoppen!
Als je weet wanneer te stoppen, loop je geen gevaar.
De wereld is tot Tao zoals de beken en rivieren,
die terug naar zee vloeien.

Дао бессмертно, безымянно.
Дао ничтожно, непокорно, неуловимо.
Что овладеть — нужно знать имя,
форму или цвет.
Но Дао ничтожно.
Дао ничтожно,
но если великие следуют ему —
тысячи малых покорились и успокоились.
Земля и небо соединились в благословении,
люди обрели путь без указания свыше.
Когда целое распалось —
осколки требуют имён,
и родится великое искушение —
искушение называть.
Мудрый знает предел имени
и пагубность искушения.
Дао подобно реке — увлекает осколки, имена и пределы
в беззвучный океан Вселенной.

33

Тридцать три

Wie anderen kent, is wijs;
wie zichzelf kent, is verlicht.
Wie anderen overwint, is krachtig;
wie zichzelf overwint, is sterk;
wie tevreden is, is rijk.
Wie optreedt, heeft wilskracht,
wie zijn plaats behoudt, duurzaamheid;
wie doodgaat maar niet sterft, heeft een lang bestaan.

Понимаешь людей — умён.
Понимаешь себя — просвещён.
Управление людьми требует силы.
Управление собой требует могущества.
Кто уверен, что имеет достаточно, —
богат.
Кто знает цель — обладает волей.
Кто верит в себя — долговечен.
Кто уходит, чтобы дать место жизни —
бессмертен.

34

Тридцать четыре

Het grote Tao vloeit overal, naar links en naar rechts;
alle dingen zijn er voor hun leven van afhankelijk
en het wijst geen enkele af.
Het volbrengt zijn taak, maar eist geen genoegdoening;
het kleedt en voedt alle dingen, maar eist geen onderwerping.
Immer verlangeloos, kunnen wij het waarlijk het Kleine noemen.
Door alle dingen gehoorzaamd zonder dat het dwang uitoefent,
kunnen wij het waarlijk het Grote noemen.
Daarom streeft de wijze niet naar het grote
en bereikt hij zo het grote.

Дао повсюду — справа и слева.
Повелевает, но не принуждает.
Владеет, но не претендует.
Никогда не дерзает,
оттого ничтожно, бесцельно.
Живое и мёртвое стремится к нему,
но Дао одиноко.
Потому называю великим.
Никогда не выказывает величия,
потому воистину величественно.

35

Тридцать пять

Hou vast aan het groot beginsel
en de gehele wereld zal toekomen;
zij zal toekomen en geen gevaren,
maar warmte, vrede en gezondheid vinden.
Muziek en lekkernijen doen voorbijgangers zich enkel ophouden;
de woorden van Tao, hoe mager en smaakloos!
Wij onderzoeken ze en onderscheiden ze niet;
wij beluisteren ze en horen ze niet.
Gebruik ze echter en ze blijken onuitputtelijk.

В ком отражается Дао —
отражается глубина.
К нему тянутся тысячи,
обретают мир, музыку, пищу, покой.
Странник находит приют.
Дао не имеет запаха, вкуса.
Дао неслышно, незримо.
Однако люди идут,
потому что — неисчерпаемо.

36

Тридцать шесть

Om te verminderen, moet je eerst verruimen,
om te verzachten, eerst versterken,
om te slopen, eerst bouwen,
om te nemen, eerst geven.
Dit noemt men het geheim licht;
dit is hoe zacht en zwak, hard en sterk overwinnen;
dit is waarom je vissen in het water laten moet,
en scherpe wapens niet aan het volk moet tonen.

Прежде чем стиснуть — нужно разъять.
Лишь крепкое может ослабнуть.
Прежде чем сорвать —
нужно вырастить.
Прежде чем отнять —
нужно подать.
Такова природа вещей.
Слабое, мягкое
преодолевают сильное, крепкое.
Крупная рыба не покинет глубину.
Страна не раскроет чужим
замысел своего устройства.

37

Тридцать семь

Het eeuwige Tao treedt niet op
en toch laat het niets ongedaan.
Als koningen en prinsen zich aan Tao hielden,
zouden alle dingen vanzelf veranderen.
Als na de verandering zij tot optreden neigden,
zou ik hen tot naamloze eenvoud manen.
Naamloze eenvoud is verlangeloos;
verlangeloos zijn is tot rust te komen
en de wereld zou zo uit zichzelf haar vrede hervinden.

Дао постоянно в бездействии.
Ничего не затевает,
потому не оставляет незавершённым.
Когда цари следуют Дао —
тысячи тысяч следуют своим порядком.
Если замыслят произвол —
я покорю их простой жизнью
без формы, смысла и содержания.
Нет формы — не родится страсть.
Нет смысла — не поднимется искушение.
Нет содержания — нет и разногласий.
Тогда наступает покой
и тысячи тысяч наследуют его.

38

Тридцать восемь

De mens van grote deugd is zich niet bewust van zijn deugd
en daarom heeft hij grote deugd;
de mens van mindere deugd verliest zijn deugd niet uit het oog
en daarom heeft hij geen grote deugd.
De mens van grote deugd treedt niet op
en toch laat hij niets ongedaan;
de mens van mindere deugd treedt op
en er zijn dingen die hij nalaat.
De mens van grote menselijkheid treedt op zonder bijbedoeling;
de mens van grote rechtschapenheid treedt op met een bijbedoeling.
De mens van grote zedelijkheid treedt op
en wanneer de mensen niet gehoorzamen,
zal hij de armen strekken en zijn zeden opleggen.
Het is wanneer Tao verloren gaat,
dat de leer van de deugd ontstaat;
het is wanneer de deugd verloren gaat,
dat de leer van de menselijkheid ontstaat;
het is wanneer de menselijkheid verloren gaat,
dat de leer van de rechtschapenheid ontstaat;
het is wanneer de rechtschapenheid verloren gaat,
dat de leer van de zedelijkheid ontstaat.
Zedelijkheid is enkel het uiterlijk vertoon van trouw en vertrouwen,
en het begin van de wanorde;
vormelijkheid in dit bloeisel van Tao,
is het begin van de onwetendheid.
Daarom verblijft een waarlijk groot mens in het vaste
en niet in het lichte;
daarom verblijft hij in de vrucht en niet in de bloem;
daarom doet hij het ene niet en wel het andere.

Мудрый не ищет добра,
потому добродетелен.
Глупец норовит причинить добро
и забывает о людях.
Мудрый бездействует.
Глупый делает тысячу дел,
и дела его нарочиты.
Добродетель творит, не прилагая усилий.
Справедливость силится воцариться,
возбуждает желание отвергнуть.
Человек насаждает закон
и по закону вершит наказание.
Потому говорю:
Утрачено Дао — действует Дэ.
Утрачено Дэ — родится добродетель.
Утрачена добродетель — выпячивается справедливость.
Утрачена справедливость — вырастает закон.
Закон есть угасание преданности и веры,
и начало смуты.
Благоговение перед цветком — признак невежества.
Мудрый ищет плод, не соблазняясь веером соцветий.
Как цветок отвлекает от плода,
так познание уводит от истины.

39

Тридцать девять

Ver terug in de tijd verkregen deze het Ene:
De Hemel verkreeg het Ene en werd helder;
de Aarde verkreeg het Ene en werd rustig;
de geesten verkregen het Ene en werden heilig;
het dal verkreeg het Ene en werd vol;
de tienduizend dingen verkregen het Ene en ze leefden en groeiden;
koningen en prinsen verkregen het Ene en werden de heersers van het rijk.
Ze zijn dit geworden door het Ene.
Als de Hemel niet aldus helder geworden was, zou hij gauw scheuren;
als de Aarde niet aldus rustig geworden was, zou zij gauw breken;
als de geesten niet aldus heilig geworden waren, zouden ze gauw verwelken;
als het dal niet aldus vol geworden was, zou het gauw uitgeput raken;
als de tienduizend dingen niet aldus tot leven en groei gekomen waren,
zouden ze gauw uitsterven;
als koningen en prinsen niet aldus heersers geworden waren,
zouden ze gauw vallen.
De eenvoud is de grondslag van de eer,
het lage de grondslag van het hoge.
Daarom noemen koningen en prinsen zichzelf wees, eenzaam en behoeftig.
Is dit niet omdat eer op eenvoud moet stoelen?
Is dit niet zo?
Voorwaar, noem elk deel van een voertuig en je hebt nog geen voertuig;
het is beter om als rotsen te klinken, dan als jade te rinkelen.

Тысячи разных имеют общее:
каждое одно.
Одно — значит целое.
Целое — есть единое.
Единое — значит, простое:
небо чистое, земля твёрдая, дух чуткий,
долина цветущая,
рождение в мире беспрестанно.
Знать и цари — одной крови.
Единица — образ самой себя
и образец.
Небо держится чистотой,
земля — твёрдостью,
дух парит, пока чуткий.
Если долина не цветёт,
имя её — пустыня.
Если знать и цари утратят единство —
станут лёгкой добычей для смуты.
Простота лежит в основании благородства.
Когда благородные забывают о простых —
рушится основание государства.
Разбери колесницу на части —
рассмотришь части, но где колесница?
Теперь задаю вопрос: что благороднее —
драгоценная яшма или валун?

40

Сорок

De terugkeer is het gaan van Tao.
Zwakte is de werking van Tao.
Alle dingen ter wereld komen van zijn
en zijn komt van niet-zijn.

Перемены есть проявление Дао.
Безволие есть свойство Дао.
Всё в мире рождается из жизни,
а жизнь рождается из пустоты.

41

Сорок один

Wanneer de verheven mens van Tao weet,
zal hij het aandachtig vervullen;
wanneer de middelmatige mens van Tao weet,
zal hij het maar half geloven.
Wanneer de laagste soort mens van Tao weet,
zal hij het luid uitlachen;
zou hij het niet uitlachen, dan zou het niet Tao zijn.
Daarom wordt dit alles gezegd:
het Tao is licht en lijkt donker;
het Tao gaat vooruit en lijkt terug te vallen;
het Tao is regelmatig en lijkt oneffen.
Grote deugd lijkt leeg;
grote zuiverheid lijkt onrein.
Vergaande deugd lijkt ontoereikend;
rotsvaste deugd lijkt wankel;
het meest wezenlijke lijkt veranderlijk.
Het grootste vierkant heeft geen hoeken;
het grootste bouwwerk is nooit af;
de grootste muziek heeft de zachtste klanken;
de grootste gestalte heeft geen vorm.
Tao is voor het oog verborgen en heeft geen naam;
het is enkel Tao echter, dat aan alle behoeften voldoet
en alle dingen verwezenlijkt.

Умный, узнав о Дао, следует Дао.
Способный, узнав о Дао, колеблется.
Тёмный, узнав о Дао, смеётся.
Но Дао есть Дао потому, что легко высмеять.
Поэтому говорят:
Кто хочет увидеть Дао — увидит тьму.
Кто хочет достичь Дао — идёт назад.
Кто жаждет подняться к Дао — забудет цель.
Высокая добродетель — проста.
Постигший истину — гоним.
Доброта без границ похожа на равнодушие.
Сеющий доброту напоминает жнеца.
Чистая правда горчит, как ложь.
Настоящий квадрат не имеет углов.
Лучший кувшин лепят всю жизнь.
Высокая музыка неподвластна слуху.
Великий образ не имеет формы.
Дао скрыто, безымянно.
Но только Дао дарит путь, свет, совершенство.

42

Сорок два

Tao veroorzaakte het Ene;
het Ene veroorzaakte de Twee;
de Twee veroorzaakten de Drie;
de Drie veroorzaakten de tienduizend dingen.
Alle dingen dragen yin op de rug en yang in de armen
en aan het evenwicht van deze twee ontlenen ze hun kracht.
De mensen willen niet wees, eenzaam of behoeftig zijn.
Toch noemen koningen en prinsen zich bij deze namen.
Voorwaar, de vermindering wordt vaak tot aanwinst,
de vermeerdering vaak tot verlies.

Дао рождает единицу.
Из одного родится два,
Из двух родится три.
Три — колыбель тысячи тысяч.
Из тысячи тысяч в каждом
борются инь и ян,
пульсирует ци.
Так возникает равновесие.
Люди не терпят одиночества
и завидуют царям.
Между тем цари — одиноки.
Вот почему говорю:
что отдал — твоё.
Учу, чему учит жизнь:
сильные умирают от насилия.
Здесь простая суть моих размышлений.

43

Сорок три

Wat anderen vóór mij leerden, leer ik ook:
dat gewelddadige en woeste mensen nooit
een natuurlijke dood sterven.
Dit wordt de grondslag van mijn leer.
Het zachtste op aarde kan het hardste op aarde overwinnen.
Niet-zijn vloeit zelfs waar er geen ruimte is.
Zo weet ik van het voordeel van te handelen door niet-handelen.
Weinigen beheersen de leer, die wordt verkondigd zonder woorden;
weinigen begrijpen waarom je moet handelen door niet-handelen.

Волна захлестнёт камень.
Бесплотное не имеет преград.
Потому ценю покой,
учу без слов,
совершаю без усилий.

44

Сорок четыре

Wat hebben wij het meeste lief, roem of ons leven?
Wat is meer waardevol, ons leven of rijkdom?
Wat is nadeliger, aanwinst of verlies?
Wie kostbare begeerten koestert, zal grote sommen verkwisten;
wie het meeste vergaart, zal de grootste verliezen lijden.
Wie tevreden is, lijdt geen beschaming.
Wie weet wanneer hij stoppen moet, loopt geen gevaar,
en zal lang behouden blijven.

Слава, жизнь — что важнее?
Жизнь, богатство — что дороже?
Прибыль, потеря — что ценнее?
Много обрёл — больше потеряешь.
Крепче берёг — легче растратишь.
Кто знает меру — не знает разочарований.
Кто ведает предел — не знает поражений.
Жизнь без событий — жизнь бессмертного.

45

Сорок пять

Wat het meest af is, lijkt onvolmaakt,
maar zijn nut is ongeschonden;
wat het meest vol is, lijkt ledig,
maar zijn gift is onuitputtelijk;
wat het meest recht is, lijkt krom;
de grootste vaardigheid lijkt onbeholpen;
de grootste welsprekendheid lijkt gestotter.
Haastige bewegingen overwinnen de kou,
maar door je stil te houden overwin je de hitte.
Wie de grootste stilte weet te bewaren,
is in staat de wereld te regeren.

Полное совершенство выглядит, как изъян.
Невозможно исправить.
Крайняя полнота похожа на полную пустоту.
Нельзя исчерпать.
Великая прямота действует исподволь.
Великий ум облекается в простодушие.
Великая речь нисходит, как заблуждение.
Шагай — победишь холод.
Бездействуй — преодолеешь зной.
Покой создаёт согласие в Поднебесной.

46

Сорок шесть

Wanneer Tao heerst in de wereld,
worden vurige paarden tot mestdieren;
wanneer Tao niet heerst in de wereld,
vertreden gevechtspaarden de achterlanden.
Er is geen grotere ramp dan kostbare begeerten;
er is geen grotere schuld dan ontevredenheid;
er is geen grotere zonde dan hebzucht.
Voorwaar, wie inziet dat hij zijn tevredenheid
aan de tevredenheid te danken heeft,
zal zich nimmer anders tevreden laten stellen.

В стране, открытой для Дао,
лошади удобряют пашни.
В стране, закрытой для Дао,
кони мчатся в боевых колесницах
за городской чертой.
Страсть не беда,
когда знаешь границу.
Покупка не опасна,
пока бесстрастна.
Потому говорю:
Кто уверен, что имеет вполне, —
имеет полной мерой.

47

Сорок семь

Je kunt de wereld kennen zonder de voordeur te verlaten;
je kunt de Weg van de Hemel zien zonder naar buiten te kijken.
Hoe verder je gaat, hoe minder je weet.
De wijze weet zonder te gaan,
noemt ongezien
en volbrengt door niet-handelen.

Оставь порог дома —
вместо мира увидишь рисунок.
Выгляни в окно —
вместо неба найдёшь синеву.
Дальше зайдёшь —
меньше останется.
Меньше останется —
ближе конец.
Мудрый не размышляет, он постигает.
Не любуется, он видит.
Не совершает, он творит.

48

Сорок восемь

Het streven naar geleerdheid is om te vermeerderen dag na dag;
het streven naar Tao is om te verminderen dag na dag.
Het is om te verminderen en te verminderen,
en het niet-handelen te bemachtigen.
Door niet-handelen blijft niets ongedaan;
de zaken van het rijk worden door niet-handelen geregeld,
en wie naar ingrijpen taalt, is niet in staat het rijk te regeren.

Следуешь учителю — обретаешь.
Следуешь Дао — избавляешься.
Избавился — пришёл к бездействию.
Ничего не делаешь —
ничего не остаётся несделанным.
Миром управляет простота.
Простота родится из бездействия.
Вмешательство — залог беспорядка.

49

Сорок девять

De wijze heeft geen eigen mening;
de meningen van de mensen zijn de zijne.
Ik behandel goed wie goed is;
ik behandel ook goed wie niet goed is,
want zo bereik je de goedheid.
Ik ben eerlijk tegen wie eerlijk is;
ik ben ook eerlijk tegen wie niet eerlijk is,
want zo bereik je de eerlijkheid.
De wijze in het leiden van zijn rijk, heeft geen vooropgestelde mening.
Zijn gedachte is één met de gedachte van zijn volk.
Hij kijkt door hun ogen, hij luistert door hun oren
en behandelt hen als kinderen.

Мудрый бессердечен.
В нём бьются сердца тысячи тысяч.
Несу добро добрым.
Несу добро злым.
Нести следует одно:
добродетель.
Доверяю доверчивым.
Доверяю подозрительным.
Верить следует в одно —
в доверие.
Мудрый — застенчив, спокоен, одинок,
словно ребёнок.
Мудрый — зеркало для людей,
их единое отражение.

50

Пятьдесят

De mens wordt geboren en sterft
en maar een derde deel van hem behoort tot het leven;
een derde deel van hem behoort tot de dood;
een derde deel van hem behoort tot zijn gang naar de dood.
Waarom is dit zo?
Omdat de mens aan het leven vasthoudt.
Ik heb gehoord echter, dat wie zijn leven goed behoudt,
geen tijgers of wilde buffels treft,
en in gevecht van geen wapen vlucht.
De wilde buffel kan hem niet stoten;
de tijger kan hem niet grijpen;
een wapen kan hem niet doorboren.
Waarom is dit zo?
Omdat voor de dood in hem geen ruimte is.

Меж рождением и смертью
Из десятерых —
трое стремятся к жизни,
трое к вечности,
трое просто живут и умирают.
Отчего так?
Оттого что привязаны к переменам.
Значит, движутся к смерти.
Слыхал ещё про одного.
Свободный от уз,
идёт без страха навстречу тигру, носорогу,
навстречу врагу.
Носорогу некуда вонзить рог,
тигру — когти,
врагу — клинок.
Отчего так?
Оттого что в себе не оставил места для смерти.